Wat maakt een website of app toegankelijk?

De Web Content Accessibility Guidelines zijn dé standaard voor digitale toegankelijkheid. Het is een technisch document met veel details en nuances. Hier vatten we samen wat een website, app of document toegankelijk maakt volgens deze standaard. Het is geen checklist; het is bedoeld om een algemeen beeld te geven en je te inspireren om concrete stappen te zetten.

Afbeeldingen en links

• Als informatie in een afbeelding staat, is die informatie ook in tekst beschikbaar.
• Zet zo weinig mogelijk tekst in een afbeelding.
• De tekst van een link en het opschrift van een knop geven duidelijk het doel aan.
• Vermijd linkteksten of opschriften van knoppen die afwijken van de zichtbare tekst.

Video en geluid

• Voor een geluidsbestand is een tekstversie beschikbaar met dezelfde informatie.
• Voor een video waarin niet wordt gesproken, is er een tekstversie die uitlegt wat er te zien is.
• Als er in een video wordt gesproken, dan is die informatie beschikbaar via ondertitels.
• Als er in een video informatie in beeld verschijnt die niet hoorbaar is, dan is er audiodescriptie
• Live uitzendingen zijn ondertiteld.

Teksten

• De titel van een webpagina, scherm of document is betekenisvol.
• Er is technisch aangegeven in welke taal de inhoud is geschreven.
• Teksten zijn gestructureerd met koppen en lijstjes en die zijn technisch correct opgemaakt.
• Tabellen zijn niet te ingewikkeld en technisch correct opgemaakt.

Formulieren

• Bij elk onderdeel van een formulier is het duidelijk wat je moet invullen of hoe je een keuze maakt.
• Help gebruikers om persoonlijke gegevens in te vullen.
• Het is voor alle gebruikers duidelijk welke velden verplicht zijn.
• Als de gebruiker een fout maakt, is er een duidelijke foutmelding. Men weet over welk veld het gaat en hoe men de fout kan herstellen. Voorzie suggesties indien mogelijk.
• Als de gebruiker wettelijke of financiële gegevens kan wijzigen of verwijderen, is er de mogelijkheid om de veranderingen na te kijken, ongedaan te maken of te bevestigen.

Logische opbouw

• Informatie staat in een logische volgorde.
• Er is een technische markering van het begin en einde van belangrijke blokken. Eventueel is er een link om de navigatie over te slaan.
• De navigatievolgorde van links, formulierelementen, etc. is logisch en intuïtief.
• Navigatielinks die op meerdere pagina's herhaald worden, zijn consistent geplaatst en staan steeds in dezelfde volgorde.
• Elementen met dezelfde functionaliteit die op meerdere pagina's staan, zijn consistent benoemd.

Verschillende bedieningsconcepten

• Alle functionaliteit werkt met het toetsenbord.
• Als je met de tabtoets navigeert, is de focus duidelijk zichtbaar.
• Als je met de tabtoets navigeert, kom je nooit vast te zitten.
• Als je sneltoetsen aanbiedt voor toetsenbordgebruikers kan de gebruiker die uitschakelen of aanpassen.
• De inhoud past zich aan als je je toestel draait: alle swerkt zowel in portret- als landschapsmodus.
• Alle functionaliteit is bruikbaar voor iemand die geen knijp- of sleepbewegingen kan uitvoeren of het toestel niet kan schudden

Visueel/grafisch

• Er is voldoende contrast tussen de tekst en de achtergrond.
• Iconen, onderdelen van grafieken, formulierelementen, knoppen enz. hebben voldoende contrast ten opzichte van hun omgeving.
• Het onderscheid tussen elementen is niet enkel zichtbaar via een kleurverschil.
• Tekst blijft leesbaar als de gebruiker de regelafstand aanpast of de witruimte vergroot tussen letters, woorden en paragrafen.
• Instructies zijn niet gebaseerd op vorm, geluid, grootte of visuele locatie.
• Als je 200% vergroot, blijft alle tekst leesbaar en blijft alles werken.
• Op een klein scherm gaat geen inhoud of functionaliteit verloren en je moet niet horizontaal scrollen.

Voorspelbaarheid

• Er speelt niet onverwacht geluid af.
• Als inhoud beweegt, scrollt, knippert of automatisch bijwerkt, kan de gebruiker dat pauzeren.
• Er is geen tekst of beeld dat meer dan drie keer per seconde knippert.
• Er is een mechanisme voorzien om een actie te annuleren.
• Als een element de focus krijgt, gebeurt er niets dat de gebruiker kan verwarren of desoriënteren.
• Ook als een gebruiker informatie ingeeft of interageert met een bedieningselement, is de reactie voorspelbaar en gebeurt er niets dat onverwacht is.
• Als er een tijdslimiet is, krijgt de gebruiker de optie om die te verlengen.
• Elk element is technisch correct opgemaakt zodat hulpmiddelen ermee overweg kunnen: het is duidelijk waar het element voor dient, welke status het heeft en het heeft een duidelijk label.
• Als een belangrijke statusboodschap verschijnt, zorg er dan voor dat de aandacht van alle gebruikers wordt getrokken.

Het bovenstaande is geen checklist. De Web Content Accessibility Guidelines bevatten veel meer nuances, uitzonderingen en alternatieve oplossingen. We willen hier enkel een overzicht geven in mensentaal. In andere artikels leggen we uit waarom iets wordt gevraagd en hoe je het kan realiseren.