Tekstversie presentatie Jeroen Baldewijns op persconferentie oktober 2006
Dit is een tekstversie van de uiteenzetting door Jeroen Baldewijns, coördinator van het AnySurferproject in Vlaanderen, tijdens de persconferentie op 11 oktober 2006.
Bedankt voor deze inleiding. Ik ga proberen in een kort tijdsbestek toe te lichten waarom we van BlindSurfer overgestapt zijn naar AnySurfer. Wat ligt er aan de basis?
Om dat te kunnen schetsen, ga ik eerst even de historiek van BlindSurfer toelichten. We zijn in de winter van 2001 met Rudi Canters rond de tafel gaan zitten. Rudi was een blinde internetter van het allereerste uur – ik denk niet dat er veel blinden waren die op dat moment al op het internet zaten. Rudi was heel erg begaan met toegankelijkheid. Het is toen dat we de eerste plannen gesmeed hebben en de eerste ideeën rond webtoegankelijkheid concreet gestalte gegeven hebben.
Dat is uitgegroeid tot een concrete samenwerking tussen Rudi Canters en Blindenzorg Licht en Liefde vzw. We hebben op 19 april 2001 – dat is nu een dikke vijf jaar geleden – BlindSurfer officieel opgestart. We hebben een label, richtlijnen en een methodologie ontwikkeld.
Een belangrijke stap in de zomer die hierop volgde, is dat we tijdens die werken aan toegankelijkheid meer en meer begonnen te ondervinden dat er ook vanuit het federale overheidsniveau nogal wat vragen over webtoegankelijkheid kwamen. We hebben toen de stap gezet om ook aan Waalse kant een partner te zoeken en die hebben we gevonden in ONA, die tot op de dag vandaag onze vaste partner is. Rudi Canters is – zoals u wellicht weet – helaas overleden. Op dit moment is het dus een project van twee partners, maar we houden voortdurend in gedachten dat alles wat we opgezet hebben, nog steeds in de geest van Rudi Canters wordt verdergezet.
In juni 2004 hebben we ons vijfde provinciale project afgerond. We hebben in tussentijd 5 provincies helemaal gescreend. Beter gezegd: alle gemeentelijke websites via de vijf Vlaamse provincies. Dat vijfdelige project hebben we nu afgesloten op 16 juni 2004. Op dat moment hadden we 58 gemeentelijke websites waar we het BlindSurferlabel aan hadden uitgereikt.
In januari hebben we nog een belangrijk moment gekend. Dan heeft BlindSurfer een heel actieve rol gekregen binnen de webtoegankelijkheidsinitiatieven van de Vlaamse overheid. Het ToegankelijkWeb-project werd in het leven geroepen. Nog tot eind 2007 zijn we heel actief bezig met het screenen van alle Vlaamse overheidswebsites.
Vandaag, vijf jaar na de opstart, willen we hier aankondigen dat BlindSurfer niet meer bestaat en dat AnySurfer de fakkel overneemt. Nu, wat is het uitgangspunt? Dat is niet veranderd met dat van 5 jaar geleden; we willen het internet zo toegankelijk mogelijk maken voor iedereen. En iedereen, dat wil niet alleen zeggen blinden en slechtzienden. De grote groep mensen met een leesbeperking. Daar zijn blinden en slechtzienden, maar ook mensen met diverse andere leesbeperkingen vallen hieronder. Zo hebben ook senioren aan heel wat toegankelijkheidsrichtlijnen een direct belang of nut. Maar ook mensen die beschikken over verouderde hard- of software, of net de meest recente hard- en software. Daarmee bedoelen we niet alleen trage internetaansluitingen mee, maar ook mensen die het nieuwste van het nieuwste willen, zoals internet op de GSM. Maar uiteindelijk heeft iedereen er baat bij. Het gaat niet over een klein groepje van mensen, maar over een behoorlijk grote doelgroep.
Wat doen al die mensen dan op internet? Die doen uiteraard net hetzelfde als u en ik. Maar heel belangrijk om te weten is dat voor mensen met een functiebeperking het internet een stuk meerwaarde geeft. Ik ga niet alle voorbeelden opsommen, maar ik ga er een paar uitpikken. Ik denk aan winkelen. Wie blind is of in een rolstoel zit, kan moeilijk zelfstandig winkelen. Een toegankelijke onlinewinkel waarbij je vanuit je luie zetel kan winkelen, maakt winkelen een stuk makkelijker. Een tweede voorbeeld zijn de elektronische loketten. Denk aan de belastingsaangifte. Heel wat mensen met beperkingen hebben het moeilijk om fysiek naar een e-loket te gaan en daar overheidsverrichtingen te doen. Als je dat van thuis uit doet – via een elektronisch loket kan – dan wordt die overheidsdienst een stuk toegankelijker. Zo zijn er veel voorbeelden waarvoor wij in se niet echt internet nodigt hebben, maar die voor mensen met een beperking slechts mogelijk worden dankzij internet.
De hamvraag: waarom moest BlindSurfer AnySurfer worden? Om te beginnen zien wij dit niet als een totaal omgooien van het project, maar eerder als een logische stap en een evolutie. De naam BlindSurfer dekte eigenlijk de lading niet meer. We kregen steeds meer vragen van mensen die wilden weten om welke doelgroep het nu eigenlijk ging. We moesten telkens opnieuw uitleggen dat het eigenlijk om een zeer grote doelgroep gaat. Vandaar dat we gezegd hebben: we zoeken een naam die een grote lading dekt, die echt aangeeft dat het lang niet alleen om blinden gaat. Uiteraard hebben zij heel wat problemen met het gebruik van internet, maar zij zijn lang niet de enigen.
Bovendien is heel die vernieuwingsoperatie – nieuwe logo, nieuwe website, nieuwe naam – ook een poging om het project een professionelere uitstraling te geven. Voorheen werkten we vooral op overheidsniveau: we hebben alle gemeentelijke websites gescreend, heel wat federale en Vlaamse websites – met de nadruk op Vlaanderen – maar we merken dat er stilaan interesse komt uit de commerciële wereld. Als je die stapt maakt, moet je goed overkomen. Daarom hebben we ook de hele styling aangepast.
Er zijn evenzeer dingen die we niet gewijzigd hebben. De basisdoelstelling wijzigt niet: we blijven een zo toegankelijk mogelijk internet voor iedereen nastreven. Ook het fundament van de richtlijnen – WCAG – verandert niet. Dat staat voor Web Content Accessibility Guidelines. We proberen wel een stukje mee te evolueren en ons niet letterlijk aan die richtlijnen te houden. We zijn mee geëvolueerd met de technische evoluties, de webtools die webdesigners en gebruikers gebruikers. Daar proberen we toch een beetje op in te spelen. Het probleem met de WCAG-normen is dat ze achter zijn gebleven op de technische realiteit van vandaag. Daarom hebben we een eigen set richtlijnen ontwikkeld met eigen accenten.
Wat verandert er ook niet? Dat zijn onze activiteiten. We blijven screenen, we blijven ondersteuning geven, voordrachten, vormingen. Ook de methode voor het doorlichten van een website zal niet veranderen. Alleen proberen we hier en daar nieuwe hulpmiddelen te gebruiken als die zich aankondigen. Ook onze portaalsite blijft onveranderd. Daar worden alle gelabelde websites samengebracht. De website is volledig vernieuwd, de richtlijnen zijn vernieuwd. Ook ons besef dat wat we vandaag doen, doen we nog steeds dankzij de start die onze geestelijke vader, Rudi Canters.
Een nieuwigheid is wel het tweetrapslabel. Vroeger, bij BlindSurfer, hadden we slechts één label. We hadden een set richtlijnen. Als je aan al die richtlijnen voldeed, kon je het BlindSurferlabel krijgen. Vandaag hebben we nog steeds een set richtlijnen, maar we hebben nu ook nieuwe prioriteiten toegekend. Net zoals WCAG dat eigenlijk ook doet. Zij hebben er drie, wij hebben het omwille van praktische redenen bij twee gehouden. Wie voldoet aan die richtlijnen van de hoogste prioriteit – die vind je op onze website – verdient het AnySurfer Pluslabel. Nogmaals: we beschouwen dit zeker niet als een revolutie. Nee, de bedoeling is dat we een logische evolutie volgen.
Heel even over de toekomstplannen. Ik zei daarnet dat we tot nu toe onze pijlen op de overheid gericht hebben. In de toekomst gaan we meer en meer onze aandacht richten op commerciële websites. Wat we ook willen doen is op een nauwere manier samenwerken met webdesigners in het veld. We hebben ideeën in het achterhoofd die we in de komende tijd zullen realiseren. Uiteraard is het niet zo dat we de kleine of amateuristische labels – met alle respect – uit het oog te verliezen. Daarom hebben we een derder label ontwikkeld: het AnySufer@Home label. Dat is specifiek in het leven geroepen om het werk van mensen mét een handicap te belonen. Het is voor ons immers enorm belangrijk om die doelgroep nooit het oog te verliezen.
Ons werk rond webtoegankelijkheid steunt ook op een wettelijk kader. Er is een antidiscriminatiewet van 25 februari 2003. Die vind je op het web. Hierin wordt gezegd dat iedereen die een dienst of goed aanbiedt, redelijke inspanningen moet leveren om die goederen of diensten toegankelijk te maken voor mensen met een beperking. Die wet is zeker van toepassing op toegankelijkheid van websites.
De vraag is: waarom moet ik dit ook op mijn website toepassen? Daar zijn zoveel redenen voor dat ik ze vandaag niet allemaal kan opsommen. Ik zal er eentje uitpikken: er is één bezoeker die ieder van ons vaak over de vloer krijgt. Die ene bezoeker moeten we extra in de watten leggen: Google. Google komt bijna iedere dag een kijkje nemen om zijn zoekdatabank bij te werken. We willen bij die zoekmachine op een goed plaatsje staan zodat Google onze site vindt. Google heeft één probleem: hij is stekeblind. Dat betekent dat de instrumenten die Google gebruikt veel gelijkenissen hebben met de manier waarop blinden surfen. Google kan geen afbeelding zien, maar weet wel wat er bedoeld wordt als er een beschrijving bij staat. Google zal ook meer informatie kunnen halen uit titeltjes die met de juiste tags zijn aangeduid. Dat is een van de vele redenen waarom je ook als een commercieel bedrijf veel aandacht moet besteden aan toegankelijkheid.
Even praktisch. Hoe werken we? De werking is in grote lijnen identiek aan die van BlindSurfer. We screenen websites op toegankelijkheidsrichtlijnen. Als ze voldoen, verdienen ze het label. De richtlijnen staan uitgelegd op onze website. We hebben daar een goeie poging gedaan om ze in mensentaal uit te leggen. De opbouw is uiteraard een technische materie, maar we hebben er naar gestreefd om ze begrijpelijk – ook voor amateur-webdesigners – toe te lichten. Het gaat hierbij uitsluitend over richtlijnen die de technische toegankelijkheid nastreven.
We hebben een traject uitgestippeld waarin we steeds beginnen met een audit. Dat is een globale controle die we uitvoeren op een website om de grote probleem bloot te leggen. Aan de hand van zo’n rapport worden de nodige aanpassingen gemaakt. Hierna voorzien we een tweede stap – de validatie – waarin de aanpassingen door ons tot in de puntjes worden nagelopen. Die validatie kan rechtstreeks aanleiding geven tot de toekenning van een label.
Eventueel kan u dat aanvullen met andere diensten. We hebben vorming in het aanbod, we hebben ook een workshop ‘Knelpunten in de praktijk’ waar je zelf uitgenodigd wordt om in de praktijk kennis te maken met hoe mensen met een handicap surfen. Zo zitten er nog een aantal dingen in het aanbod die je terugvindt op onze website.
Zo krijgt u een idee hoe AnySurfer in elkaar zit en waarom de stap naar BlindSurfer naar AnySurfer nodig was.
In de voorbije maanden hebben een aantal mensen hard gewerkt om hun website in orde te krijgen voor de nieuwe AnySurferrichtlijnen. We zijn heel blij dat we vandaag de allereerste labels kunnen uitreiken. Ik vraag mijn twee trouwe medewerkers naar voor. Roel en Bart zijn eigenlijk het gezicht van AnySurfer. Zij doen al het screeningswerk, zij zijn het met wie u in contact komt. Zij hebben ook de website gebouwd. Vandaar dat ik hen de kans geef deze eerste labeltjes uit te reiken.
Hierna volgt de labeluitreiking.